Een dag uit het leven van een tamboer van de FKNR

Stap mee een repetitiedag in door de ogen van Sgt. Eijkemans, tamboer bij Fanfare ‘Korps Nationale Reserve’. 

Nu zult u denken dat een tamboer maar een beetje aan het hakken-takken is, maar niets is minder waar. Ik neem u daarom in dit verhaal mee naar een willekeurige reguliere repetitiedag. 

Mijn biologische klok is klaarblijkelijk afgesteld op half zeven. Dat geldt voor mijn civiele baan, maar dus ook op de zaterdag. U weet, zaterdag is onze repetitiedag. Als ik dit schrijf, is het nog zomer, dus het is al volop licht als ik wakker word. Ik word verrast met een symfonie van tjilpende vogels. Terwijl mijn vrouw zich omdraait, stap ik uit bed en doe de dagelijkse handelingen. Boterhammen smeren, eten, tandenpoetsen en dan op weg naar Amersfoort.

 

Appel

Ik hou ervan om op tijd te zijn, dus vertrek vroeg genoeg. Dan kan ik op de kazerne aangekomen nog een bakkie doen en bijkletsen met collega’s. Het sociale stukje is natuurlijk een belangrijk onderdeel voor de cohesie binnen een groep. Stipt om 9 uur is het appel, waarbij naast de formaliteiten de mededelingen worden gedaan. Na het appel splitsen het orkest en de tamboers, waarbij ieder naar de eigen repetitieruimtes gaat. Ja, we hebben als tamboers een eigen repetitieruimte. En dat is maar goed ook; je moet er niet aan denken dat wanneer het orkest een tranentrekkende melodie inzet, dit wreed verstoord wordt door forte paradiddles van de tamboers.

 

Spieren opwarmen

Net zoals blazers het instrument warmspelen, beginnen wij met het opwarmen van onze spieren. Om uiteindelijk spatgelijk te kunnen spelen, is dit noodzakelijk. Hiervoor hebben we diverse oefeningen in ons repertoire.

De verdere voortgang van de repetitie is sterk afhankelijk van het muzikale programma voor de aankomende periode. In het najaar zijn diverse concerten van de FKNR, waarbij de tamboers ook een aandeel hebben. Hier zijn we op de repetitie dan ook druk mee bezig. Aangezien het nieuwe stukken zijn die ook nog eens samen met het orkest gespeeld worden, maken we gebruik van geluidsopnames. Zo komt de muziek goed tussen de oren. Als tamboers spelen we de meeste muziek uit het hoofd. Het meespelen met een opname helpt daarbij enorm om het goed in de bovenkamer te krijgen. Bijkomend voordeel is dat je goed leert luisteren naar de muziek.

Tijd voor koffie.

 

Geen gehoorschade

Naast nieuwe muziek, hebben we ook vaste items tijdens repetities. Zo houden we onze straatmarsen op peil, door deze regelmatig door te spelen. Dit doen we niet alleen in de repetitieruimte, maar ook buiten exercerend. We spelen binnen op speciaal voor de tamboers ontwikkelde padjes. Deze zijn in de vorm van onze trommen, maar wel een stuk zachter. Hiermee voorkomen we gehoorschade. Het lopen met een trom vereist toch weer een iets andere manier van spelen. Vandaar dat we dus ook het lopend spelen regelmatig oefenen.

Andere vaste items die geregeld terugkomen op de repetitie zijn onder andere de dodenmars en de vaandelmars.

 

Het oog wil ook wat

Als u ons kent, weet u ook dat we er alles aan doen om niet alleen spatgelijk te spelen, maar ook visueel de bewegingen gelijk te krijgen. Het oog wil immers ook wat. Hiervoor maken we gebruik van een grote spiegel. We staan met zijn allen op een rij bij diverse oefeningen, om de bewegingen exact gelijk te krijgen. 

Na al dat muzikale geweld, begint het lichaam te sputteren. Het heeft nieuwe energie nodig. Tijd voor wat eten.

 

Meer dan marsen

Nadat de boterhammen en tosti’s achter de kiezen zitten, beginnen we met het laatste deel van de repetitie. Naast alle eerder genoemde muziek, zijn we natuurlijk ook bezig met eigen nieuwe stukken, dus zonder orkest. We willen immers ook wat meer ten gehore kunnen brengen dan alleen maar straatmarsen. 

Langzaamaan nadert het einde van het verblijf op de kazerne. Na de repetitie ruimen we de boel weer op, gooien we de overtollige koffie weg en doen het licht uit. Een enkeling van de groep loopt richting het andere gebouw waar het orkest zit en kijkt of men daar ook klaar is, zodat er nog een informele afsluiting kan plaatsvinden onder het genot van wat drinken.

Ik keer weer huiswaarts richting het zuidoosten. Voldaan, maar wel met huiswerk. Er wordt immers van ons verwacht dat we ook aan thuisstudie doen. Ik prijs me weer gelukkig dat ik naast mijn civiele baan, onderdeel ben van deze fantastische club.